zaterdag 25 februari 2012

Post

'Wie kan ik helpen? Post versturen? Een moment alstublieft.' We wachten nog een paar minuten op de dame van de andere balie, de postbalie. We hebben twee enveloppen en een ansichtkaart te versturen. Voor de zekerheid weegt ze de ene envelop en dan ook nog de andere. Beide enveloppen blijken binnen de marge van de eerste tariefgroep te vallen. Ze haalt drie doorzichtige zakjes met postzegels, elk met een verschillende waarde, onder de balie vandaan en begint driftig te tellen. Vier van 500, één van 1600 en één van 3000. Ze legt ze bij de ene envelop. '6600 pesos per stuk,' zegt ze. 'Pardon?' zeg ik net iets luider dan bedoeld als ik heb uitgerekend dat dit neerkomt op zo'n drie euro per stuk. Waar denkt ze dat Holanda ligt? Overzees ja, dat wel, maar niet op een andere planeet.
Zuinig als we zijn met ons krappe backpackers-budget, besluiten we de ansichtkaart in één van de enveloppen te stoppen die toch ongeveer dezelfde kant op moet. Die komt vanzelf terecht. Bovendien, hoe kunnen we de zes postzegels op één kaart plakken? De dame snijdt behulpzaam en zorgvuldig de ene envelop open en we plakken hem weer dicht met plakband. Als we bezig zijn de enveloppen met de twaalf postzegels te beplakken, verschijnt er een tweede dame achter de balie. Ze vraagt ons om een identiteitsbewijs, omdat ze daar een kopie van nodig heeft en ondertussen legt ze een formulier onder mijn neus. Omdat we onze paspoorten niet bij ons hebben schuif ik haar mijn studentenkaart van vijf jaar geleden toe en als ze concludeert dat daar een foto, een naam en een nummer op staan is het goed.
Onder het formulier ligt nog zo'n zelfde formulier met daar tussenin een handig doordrukvel. Toch moet ik er twee invullen, één voor iedere envelop met een kopie voor de plaatselijke administratie. Tijdens het invullen zie ik dat er een inktkussen tevoorschijn wordt gehaald waar, naar ik aanneem, de stempel in gedoopt zal worden. Ik heb het mis. Er is namelijk nog een vakje vrij op het formulier. Ik doop mijn vinger vier keer in de inkt en zet gehoorzaam de gevraagde vingerafdrukken.
Bij iedere envelop wordt naast het formulier een kopie van mijn zogenaamde identiteitsbewijs gevoegd. We begrijpen nu de kosten die aan dit proces verbonden zijn en vragen ons hardop af hoe lang deze poststukken onderweg zullen zijn. Wie weet hoeveel commissies van wijze ambtenaren onze verdachte enveloppen moeten passeren. Ik kan inmiddels alleen maar concluderen dat een aangifte bij de Colombiaanse politie een stuk sneller en gemakkelijker afgehandeld wordt dan het versturen van een brief in hetzelfde land.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten