Posts tonen met het label Paraguay. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Paraguay. Alle posts tonen

dinsdag 8 november 2011

Vaderlandsliefde

Monument Argentijnse vlag in Rosario

'In Buenos Aires stikt het van de tangoclubs, ja. Maar daar wonen drie keer zoveel mensen. Hier in Montevideo zijn net zoveel clubs en dus zijn er hier veel meer mensen die dansen. En jong en oud danst hier de tango, echt ie-der-een danst hier. En mate, natuurlijk wordt er in Argentinië mate gedronken, maar hier in Uruguay zie je het echt o-ver-al. Overal, op straat, op het werk, op school, op feesten, overal. En vlees? Eten de Argentijnen veel vlees? Wij eten pas veel vlees.'
Ik heb het idee dat ze nog wel even door kan gaan, maar Eugenia wordt ten tango gevraagd door José en dat laat ze niet schieten.

In Argentinië hebben we al van een Uruguayaanse gehoord dat de mensen in haar vaderland veel aardiger zijn. Het is er bovendien veel rustiger en aangenamer. Op hun beurt lopen de Argentijnen over van trots als het hun eigen land, regio en woonplaats betreft. In Rosario bezoeken we een monument, speciaal opgericht voor de bedenker van de nationale vlag en bijbehorende filosofie. Vlak aan de waterkant bestrijkt daar een enorm wit bouwwerk vele vierkante meters van de stad. De kathedraal er achter valt hierdoor in het niet en zo wordt de door de rest van het continent veronderstelde arrogantie van de Argentijnen schaamteloos tot uitdrukking gebracht. En Uruguay, ach, dat zou net zo goed een provincie van Argentinië kunnen zijn, hebben we al gehoord.
Zelfs in het "vergeten" land Paraguay komt de vaderlandsliefde dubbel en dwars tot uitdrukking. Joep heeft in Brazilië besloten van elk land dat we aan zullen doen vlaggetjes te verzamelen. Dus gaan we ook in Paraguay, het tweede land van onze reis, op zoek naar een vlaggetje voor op zijn tas. Daar gooien de souvenirwinkels roet in het eten. Als ik voor het eerst vraag naar een kleine vlag, komt de dame in kwestie aan met de kleinste vlag. Het is er één van een maat waarmee we Joep's hele backpack in kunnen pakken. Een hele kleine vlag dan? Of een superklein vlaggetje? Het mag allemaal niet baten. Kleine vlaggen zijn in het hele land niet verkrijgbaar en de ondernemers lijken vaak zelfs geschokt door de brutale vraag.
En welk land is tot nu toe onze favoriet? Brazilië om de sensualiteit en de levendigheid, Paraguay om de heerlijke en oprechte onnozelheid, Argentinië om de verscheidenheid en veelzijdigheid met name van het landschap en Uruguay om de oprechtheid van de opvallend aardige mensen.
En wat Eugenia betreft, die kwam in haar afgebroken betoog niet toe aan de dulce de leche, of misschien weet ze zelf ook dat het Argentijnse recept vele malen beter is.

zaterdag 1 oktober 2011

Paraguay voor Dummies

De meeste trotters door Zuid-Amerika slaan Paraguay over. Het ligt net als buurland Bolivia niet aan zee en heeft daarom niet, zoals veel andere landen op het continent, bruisende stranden. Bolivia heeft daarentegen grote toeristische attracties, zoals de zoutvlakten, het Titicacameer en de hoogstgelegen hoofdstad. Toch trekt het ons aan. Niet vanwege de nationale voetbalgekte, maar we zijn toch in de buurt en we weten dat Paraguay het meest pure Zuid-Amerikaanse genoemd wordt. Het heeft nog de meeste oorspronkelijke bewoners en naast het Spaans is Guaraní een officiële taal.
Omdat we tijdens onze week Paraguay alleen drie steden aandoen, zien wij de aanwezigheid van de Indiaanse bevolkingsgroepen voornamelijk in de tegenstellingen. In de hoofdstad Asunción wordt midden op een kruispunt de chaufeur van een glanzend zwarte 4WD bekeurt waarachter een bestuurder op zijn paardenkar zit te wachten tot hij door kan. Op een centraal plein kamperen Indiaanse families met kinderen, in protest tegen regeringsplannen die ervoor gaan zorgen dat velen onteigend worden van hun land, terwijl op een ander plein, tegenover een imposant regeringsgebouw, met een concert en toespraken de nationale jongerendag gevierd wordt.
Paraguay heeft absoluut toeristische trekpleisters, maar ze weten deze goed te verbergen. Het pension in Asunción waar we verblijven heeft geen enkele signalering aan de buitenkant. Geen naam, geen H, niets doet vermoeden dat toeristen hier aan kunnen bellen. Daarnaast is men de omgang met buitenlandse toeristen niet gewend en wordt verwacht dat we alles weten van de dagelijkse gang van zaken in het land en alles kunnen vinden. Als ik aan een buschaufeur in Encarnación vraag of hij naar Trinidad gaat, antwoordt hij met een éénlettergrepig gemompel wat, wat mij betreft, zowel ja als nee als misschien kan betekenen. Na nog een keer vragen en een niet uitnodigende blik neem ik aan dat het een nee was. We vinden na wat gedrentel om het busstation eigenhandig een bus die wel die kant op gaat. Als ik in de rammelende bus op luide toon en duidelijk articulerend aan de bijrijder vraag of hij een seintje kan geven als wij onze bestemming bereikt hebben, hoop ik na het uitblijven van een antwoord dat we niet zoals de vorige keer aan het eind weer mee terug moeten.
Trinidad staat bekend om de Jezuïetenruïnes, waarvan we bij aankomst in het plaatsje bijna vermoeden dat ze tóch nog niet opgegraven zijn, als ware het een grap van de Lonely Planet. Op onze weg van Ciudad del Este naar Encarnación dacht ik toch echt een bordje langs de weg gezien te hebben. Als we de weg de andere kant op rijden ontbreekt elk spoor. Gelukkig stopt de bus wel voor ons (lees: remt voor ons af) en de bijrijder wijst nog snel in welke richting we moeten lopen. Na een tijd lopen vermoeden we dat we toch ergens een zijweg in hadden moeten slaan. De ruïnes staan sinds 1993 op de Werelderfgoed lijst van Unesco en daarom had ik in het plaatsje zelf ook een aanwijzing verwacht. Trinidad is bepaald niet dichtbehuisd of -bevolkt, maar ik vind toch een bouwvakker en later nog een boer om de weg te vragen. We hadden de eerste links in moeten slaan. Als we de ruïnes eindelijk vinden, moeten we nog op zoek naar de ingang. Daar aangekomen blijkt dat we de enige twee bezoekers zijn. De reden hiervoor kan de regenachtige dag zijn, de slechte bewegwijzering of een combinatie van die twee, maar wij vermoeden dat dit nooit een druk bezochte plek is geweest. Dit vermoeden wordt bevestigd door een aanval van een paar vogels, omdat we door hun broedgebied lopen.
Voor iedereen die van plan is Paraguay te bezoeken de volgende tips:
- zoek vantevoren uit waar de interessante plekken zich bevinden of neem een reisgids over het land mee;
- leer Spaans en het liefst ook Guaraní;
- leer omgaan met het miljonairschap, dat ben je namelijk zo in de Paraguayaanse munteenheid de Guaraní;
- wees geduldig;
- zet de knop om en geniet vooral van alle verbazingwekkende en verrassende gebeurtenissen.

dinsdag 27 september 2011

Ciudad del Este: de supermarkt van Paraguay

Na het Argentijnse en Braziliaanse natuurgeweld van de watervallen, storten we ons in het stedelijk geweld van Ciudad del Este in Paraguay. Hoewel deze stad van bijna 400.000 inwoners maar een brug verwijderd is van Brazilië, merken we meteen dat we dat land achter ons gelaten hebben. In deze stad heerst de Braziliaanse chaos in het kwadraat. De straten liggen er een stuk smeriger bij en ook de mensen reageren anders op ons exotische wezens.
Ciudad del Este wordt De Supermarkt van Paraguay genoemd. En dan wordt er niet de vergelijking gemaakt met de nette AH of iets minder nette Aldi, maar een supermarkt in de letterlijke betekenis van het woord: een SUPER-markt. Vanaf de Paraguayaanse douane aan het eind van de brug begint meteen een hoofdweg met aan de rechter- en linkerkant, parallel aan de "vaste bebouwing" van winkels en banken, een paar rijen marktkramen. Tussen die twee zijden dendert het verkeer alle kanten op. De zijwegen zien er ongeveer hetzelfde uit, met een rij kramen minder en eenrichtingsverkeer. Waar nog maar een gaatje te vinden is staat Jan met de pet met zijn kar met fruit of zijn klaptafel met chipa (Paraguayaanse lekkernij). Voor de banken en sommige "vaste" winkels staat bewapende bewaking. De koopwaren verdienen geen originaliteitsprijs; sofahoezen, electronica, horloges, sokken, ondergoed en natuurlijk de eeuwige thermoskan met bijbehorende beker en lepel die ook functioneert als rietje, oftewel termos, matero y bombilla. Dat laatste is hier een belangrijk accessoire en zonder hoor je er eigenlijk niet bij. Ze zijn er in veel kleuren en designs, hoewel ik hier nog wel een spreekwoordelijk gat in de markt zie. Het is bovendien niet alleen een sierobject, maar er wordt ook driftig gebruik van gemaakt. Het dient om de eigen mate of de koude variant tereré in te maken, vervoeren en uit te drinken.
Op straat, en al in en uit de stadsbussen springend, verkopen jonge kinderen koek, snoep, cake en appels. Vooral de appeljongens fascineren me. Met grote manden vol, opgehoogd met stukken karton, slepen ze over straat en springen ze de bussen in, in de hoop een paar appels te verruilen voor Guaranies. Ondanks dit volwassen leven vinden ze af en toe nog tijd om met elkaar te stoeien op straat en op het busstation.
Na één nacht gaan we door, verder naar het zuiden van Paraguay. We nemen een stadsbus naar de busterminal. De stadsbussenvloot bestaat uit stokoude Mercedes Benz-bussen met neus, beschilderd alsof ze óf gebruikt zijn tussen de Volkswagenbusjes om in de jaren 70 naar het Midden Oosten te rijden, óf om een kermisfamilie te vervoeren. De  Mercedes logo´s staan er als peacetekens opgeschilderd samen met alle andere felgekleurde decoratie en namen zoals "Rocio, Carolina y Deisy" of "Jesús y María". De bussen maken zoveel herrie door de oude motoren, gare versnellingsbakken en alle loszittende onderdelen, dat het onmogelijk is een gesprek te voeren of de buschauffeur te horen als hij zegt dat we bij de busterminal aangekomen zijn. We blijven daarom zitten en mogen aan het eind van de rit weer mee terug. Dubbel zoveel plezier!