We zijn gewaarschuwd. In het regenseizoen kan een busreis over de Boliviaanse, deels onverharde en deels onbestaande en geïmproviseerde, wegen een avontuurlijke tocht zijn. Toch willen we graag meer zien van dit land dan alleen de hoogvlakten en dus trekken we oostwaarts, meer richting de Amazone. En daarom staan we stil al een uur nadat we vertrokken zijn uit Sucre. Een deel van de berg ligt over de weg en een mini-bulldozer stort van boven de overgebleven losse rotsen naar beneden. Ook beneden staat een handjevol werklui om de weg weer berijdbaar te maken. De bussen en vrachtwagens staan geduldig te wachten en de chauffeurs en de passagiers gaan naar buiten om het geheel van dichterbij te kunnen bekijken. Er vormt zich al snel een minimarkt, verzorgd door de plaatselijke bevolking die lucht heeft gekregen van het gebeurde en ons van alle soorten etenswaren voorziet. Vrouwen die zich van wat vocht willen ontlasten maken al knielend gebruik van hun grote traditionele rokken. Het schouwspel is compleet.
Een uurtje later is een deel van de weg vrij en veilig genoeg verklaard. Het verkeer kan een voor een van twee kanten de berg stenen passeren. Onderweg pikken we nog wat mensen op waarvoor geen stoel meer vrij is en die daarom de hele nacht in het gangpad doorbrengen.
Nog een aantal uren later word ik uit mijn halfslaap gewekt, omdat we wederom stilstaan. Dit keer is het pikdonker en zie ik alleen een aantal zaklampen op en neer rennen. Als mijn ogen wat gewend zijn aan het donker zie ik dat we in een rij staan met meerdere bussen en vrachtwagens en dat aan de andere kant van de bocht vanalles te doen is. Onze chauffeur haalt achter uit de bus een schop en rent naar voren. Daar waar het verkeer van beide kanten elkaar ontmoet en niet meer verder kan hebben chauffeurs zich verzameld en proberen ze van het rulle zand een berijdbaar stuk weg te maken. Als ze denken dat het stuk weg stevig genoeg is, is de eerste bus aan de beurt. Om vaart te kunnen maken rijdt deze eerst een flink stuk naar achteren, tot de bocht en passeert daarna weer alle bussen en mensen in volle vaart naar voren. Het duurt een paar pogingen en nog een paar keer scheppen, maar dan is bus nummer een, later ook bus twee en wij als derde, door het rulle zand. Klaar om de weg te vervolgen.
Onze chauffeur blijkt de rest van de rit, die ons over wegen en bij gebrek en wegen door rivieren leidt, de verloren tijd ingehaald te hebben. Al in de ochtend bereiken we een eerst totaal anders, jungleachtig, landschap en vervolgens stedelijk gebied.We blijken echt al in Santa Cruz aangekomen te zijn en we hebben er maar zestien uur over gedaan in plaats van de beloofde twintig uur en de vierentwintig uur waarmee we daarom maar rekening hielden.